Anne begon op haar twaalfde met drugs om haar angsten te onderdrukken en aansluiting te vinden. Ze had seks in ruil voor drugs, deed enkele suïcidepogingen, maar loog over haar gebruik. Na een serie verkeerde diagnoses, onjuiste behandelingen en afwijzingen elders is ze nu clean na een opname bij de Yes we Can Clinic. “Daar is deur open en de poort dicht. Dat is de weg”, vertelt haar moeder Judith.
Anne zou dyslectisch zijn, ze zou ADD hebben. Toen ze zichzelf begon te snijden en de jeugd-ggz erbij kwam, constateerde de behandelaar na een familiegesprek dat ze in een heel stabiel gezin opgroeide, dus dat het vanzelf wel goed zou komen. Wat later vertelde Anne tijdens een keukentafelgesprek aan iemand van een jeugdteam dat ze wel eens een jointje rookte in het weekend, of misschien twee. Nou, dat was te overzien.
Maar moeder Judith zag haar dochter afglijden. Toen Anne naar de middelbare school ging, begon ze contact te verliezen met haar. Judith had zelf een moeilijke tijd achter de rug. Tot twee keer toe had ze een tumor gehad, allebei goedaardig weliswaar, maar toch een heftig en ingrijpend traject. Als Judith er nu op terugkijkt weet ze dat toen bij Anne de angsten zijn begonnen. Met blowen en heel hard meedoen met de rest probeerde ze de spoken in haar kop te verjagen.
Anne moest van de havo naar het vmbo en toen naar het speciaal onderwijs. Ondertussen bleef ze langer weg van huis. Ze was veertien en had een vriendje van twintig. Ze had seks met hem in ruil voor drugs, wiet, MDMA en 3-MMC. Door haar drugsgebruik werden Annes angsten erger. Medicatie werkte niet, ze sliep slecht, werd somber en teruggetrokken. En al die tijd was niet duidelijk dat ze zo’n zware verslaving had. Judith en haar man zagen het niet, ze hadden toen nog niet de ervaring om dat te zien. Anne loog, manipuleerde en draaide er duizenden euro’s doorheen.
Wat haar dochter allemaal gebruikte destijds, weet Judith niet. Wel dat Anne doordraaide, depressief werd en suïcidaal en ze toen een gruwelijk verhaal vertelde over gedwongen seks met oudere mannen in een kelder. De rechter greep in en Anne werd naar een gesloten jeugdzorginstelling geplaatst. Daar ging de deur dicht. Die plek was niet goed voor Anne, onveilig. In de gesloten jeugdzorg hebben ze niets met Annes verslaving gedaan, vertelt Judith. Het probleem is niet aangepakt. Je stopt er wel met drugs, maar dat is niet genoeg. Verslaving blijft terugkomen en vraagt om een intensieve behandeling. Dus toen Anne na een paar maanden gesloten weer thuis kwam, vertrok ze de volgende dag alweer naar Rotterdam, naar een jongen die óók gesloten had gezeten en die niet teruggekomen was van verlof. De politie bracht haar thuis. Kort daarna hoorde Judith haar dochter op haar kamer zeggen dat ze connies nodig had, condooms. Een mannenstem vroeg of ze haar shirt omhoog wilde doen. Weer de rechter, weer een opname nodig, maar nergens plek, dus bleef ze thuis.
Ondertussen ging Judith zelf op zoek naar hulp en kwam ze uit bij Merel van Groningen, ervaringsdeskundig expert die slachtoffers van seksuele uitbuiting en zedendelicten begeleidt. Met Merel had Anne een klik, al direct vanaf het begin. Je hebt iemand nodig die je kan vertrouwen, je moet iemand hebben die er écht voor je is. Dat was Merel voor Anne.
Er kwam een doorverwijzing naar een gespecialiseerde kliniek voor sekseproblematiek. Daar zou Anne heengaan. Ze wachtte maanden op een intake, maar tijdens dat gesprek kreeg ze na vijf minuten al te horen dat ze haar toch te complex vonden. Thuis ging het even beter, maar de rechter vond dat ze verder moesten zoeken en zo kwam Anne in een huis waar allemaal meiden met loverboy-problematiek woonden. Daar hield ze het even vol, totdat duidelijk werd dat er ook een meisje zat dat zelf pooier was. Dat vond ze onveilig. Daders en slachtoffers moet je niet bij elkaar zetten.
Er is heel veel fout gegaan bij haar dochter, vindt Judith. Echt geholpen is Anne pas door de Yes we Can Clinic. Daar is de deur open, maar de poort dicht. Anne zat er een week en heeft toen verteld dat het loverboy-verhaal van die kelders en oude mannen verzonnen was. Ze is wel misbruikt, maar minder heftig en vaak in ruil voor drugs. In de kliniek van Yes we Can kwam Anna tot zichzelf.
De deur moet niet dicht voor kinderen zoals Anne, vindt Judith. De poort wel, en dan rust creëren. Verslaving is echt een groot probleem onder jonge mensen. Daar word je een heel naar en egoïstisch mens van. Dat bén je niet, maar dat word je, weet Judith.
Anne staat op het punt om naar een safe-house te gaan. Ze is achttien jaar nu. De stap om naar school te gaan en te werken aan zichzelf en clean te blijven lukt haar niet vanuit het ouderlijk huis. Dat is teveel. En ook de ouders willen wat meer rust. Maar nog niet alle indicaties zijn in orde. Alles duurt allemaal zo verschrikkelijk lang.
Omwille van de privacy zijn de namen van moeder en dochter gefingeerd.
Lees ook de column van ons bestuurslid Bas Timman over de actuele ontwikkelingen rond de JeugdzorgPlus. Meer weten over initiatieven om te komen tot eerdere, snellere en beter passende hulp? Kijk dan op deze webpagina van StroomOP.
Eerder verschenen in de reeks “Als morgen de JeugdzorgPlus stopt” de verhalen van Giovanni Coenen, Romy, Klaas Reis, Frederique Coelman, Marleen Luimes & Elise Melker, Kavita Parbhudayal, Jan Pieter Meijer, Rochelle, Lieke van Domburgh, Monique en Benjamin.