Als morgen de JeugdzorgPlus stopt: Romy

Wat als de JeugdzorgPlus morgen stopt? Er is veel te doen over de gesloten jeugdhulp. De vraag naar deze zorg neemt af, maar is er nog steeds. Daarom moeten we verder gaan dan alleen maar roepen dat de JeugdzorgPlus moet stoppen. Om de discussie over dit onderwerp aan te jagen en verandering te stimuleren, vraagt Jeugdzorg Nederland aan verschillende betrokkenen hoe zij tegen dit vraagstuk aankijken. Welke alternatieven zijn er nodig als de gesloten jeugdhulp niet meer zou bestaan? Hoe gaat het op dit moment in de JeugdzorgPlus? Vandaag deel 2 met Romy*

Romy is zestien jaar en woont op een open groep bij Pluryn. Haar zesde groep bij verschillende jeugdzorgorganisaties in drie jaar tijd. Romy is mishandeld en misbruikt. Ze ging snijden, drugs gebruiken en wilde dood. “Ik snap dat gesloten heftig is, maar ik heb het nodig gehad. Ik moest stabiliseren en het is een eyeopener geweest. Ik besefte dat ik anders in de goot zou komen en dat ik met mezelf aan de slag moest.”

“Mijn ouders zijn gescheiden toen ik vier was. Ik bleef bij mijn biologische moeder wonen, maar was heel erg gehecht aan mijn vader. Met heel veel huilen, drammen en smeken zei mijn moeder toen ik elf was: dan rot je toch lekker op naar je vader.

Mijn biologische moeder heeft mij mishandeld. Mijn tweede stiefvader heeft me misbruikt. Toen ik twaalf jaar was heb ik dat op een briefje geschreven aan mijn vader en stiefmoeder. Ik noem hen mijn ouders. Zij zijn naar de politie gegaan. Die zei dat ze niets konden doen.

Mijn vader heeft mijn biologische moeder verteld dat ze naar de politie gingen. Het eerste wat ze vroeg was: heeft ze aangifte gedaan? Niet eens hoe het met me ging. Dat is toch raar? Ik heb zoveel vragen voor haar. Waarom heb je mij dit aangedaan? Waarom ben je er nooit voor mij geweest? Waarom behandelde je me als een stuk vuil. What the fuck is er met je aan de hand?

Op mijn dertiende deed ik mijn eerste zelfmoordpoging. Toen zeiden mijn ouders dat ze bang waren voor mijn veiligheid. Ze werken allebei in de zorg en weten hoe ze met een probleemkind om moet gaan, maar het is toch anders als het je eigen dochter is. Ik moest van de ene op de andere dag weg en had het gevoel dat ik nergens een thuis meer had. Maar ik leerde snel schakelen en snapte het ergens ook wel.

Ik ging naar een crisisplek. Je mag daar nooit lang blijven, dus moest ik naar een behandelgroep. Daar heb ik het best gezellig gehad. Ze hadden beloofd dat ik EMDR zou krijgen, maar toen ik aan de beurt was zat ik er zeven maanden en dan moet je weg. Op de volgende groep heb ik een jaar en twee maanden gewoond. Daar ben ik nog meer gaan snijden en drugs gaan gebruiken. Ik blowde en snoof 3-MMC, de goedkope versie van cocaïne, om íets te voelen.

Vanuit deze plek gingen veel jongeren naar gesloten. Buiten zaten we te grappen: wie wordt de volgende? Ik zei dat ik dat waarschijnlijk zou zijn, maar ze dachten van niet. Een week later stonden mijn ouders daar, met de psycholoog en de groepsleiding. Ze vertelden me dat er een machtiging gesloten was. Dat was echt een klap in mijn gezicht. Je wilt nooit naar gesloten. Ik vond echt shit. Ik woonde hier wél een jaar en twee maanden en dan moet je weer naar een plek waar je niemand kent, met hekken van hier tot Tokyo en acht stalen deuren voordat je op je afdeling komt. Dan staat er een dikke camera op je gericht en ligt er een scheurjurk en scheurgordijnen en gaat de deur op slot.

Mijn ouders mochten me gelukkig wegbrengen. Het was hartbrekend om ze weg te zien gaan. Dat heeft me heel veel pijn gedaan. Ik zat daar in mijn eentje op een kamer met een televisie zonder afstandsbediening achter plastic en verder niks. Niet eens een knuffeltje of zo.

Je begint op je kamer. In fase drie ben je zoveel mogelijk op de groep. Daar moet je naartoe werken door je gedrag en door eerlijk te zijn. Als je meewerkt en de hulp aanpakt gaat het sneller. Je verdient vrijheden en dan gaat de camera uit en dan gaat de badkamerdeur open en krijg je meer spullen op je kamer. Op het einde was ik echt trots op mezelf.

Sommige jongeren zeggen dat ze er een trauma bijkrijgen door gesloten. Ik snap dat het heftig is, maar ik heb gesloten echt nodig gehad. Ik moest stabiliseren, het is een eyeopener geweest. Ik besefte dat ik anders in de goot zou komen en dat ik met mezelf aan de slag moest. Ik heb daar een detox gehad. Ik ben nu clean, klaar met die troep, alleen af en toe nog een jointje.

Normaal zit je er drie maanden. Ik was na twee maanden gestabiliseerd. Toen ben ik naar Pluryn gegaan. Eerst op een gesloten groep, maar met meer vrijheden en met therapie. Hier gaan de kamers alleen op slot als er echt geen andere mogelijkheid is. Er is een iso, maar die wordt bijna nooit gebruikt. Als die gebruikt wordt is het vaak maar tien minuten om rustig te worden. Ik heb er een keer gezeten, toen ik een kommetje pepernoten naar Sint en de Pieten gooide. Ik kan niet tegen verkleedde mensen. Dat vind ik zó eng, ik weet niet wat erachter zit. Dan flip ik.

Het gaat met ups en downs. De strijd met mezelf en mijn verleden is best zwaar. Het lukt me steeds beter om hulp te vragen. Soms lukt dat niet en zit ik dagen op mijn kamer en wil niet meer. Toch ben ik er nog.

Ik probeer te focussen op de positieve dingen. We hebben een leuke groep en het er zijn veel activiteiten hier, maar ik heb iedere nacht herbelevingen. Ik heb traumabehandeling gehad, maar dat is een paar keer afgebroken. Nu trek ik het zelf niet. Het is te heftig. Ze willen wel dat ik het ga doen, maar ik wil niet dat het wéér mislukt.

Half februari krijg ik een vaste baan in de horeca. Dan ga ik vier dagen in de week werken en een dag in de week naar school. Mijn werkgeefster heeft hier gewerkt. Ze heeft veel geduld met me en heel veel liefde. Ik ben heel blij met haar.

Open is beter voor mij nu. Ik kan weg wanneer ik wil, met mijn telefoon appen of bellen en toch krijg ik de zorg die ik nodig heb en is er begeleiding. Ik leer nu meer dan in gesloten. Op het terrein is een veilige kamer. Je kunt ervoor kiezen daarheen te gaan, maar de begeleiding kan het ook inzetten. Dan helpen ze je, maar de deur gaat niet op slot. Ik ben er nooit geweest. Soms had ik het misschien beter wel kunnen doen, maar ik vind dat ik mezelf dan aanstel. Ik ben best hard voor mezelf.

Als ze de gesloten jeugdzorg sluiten, wat doen ze dan met de jongeren die het nodig hebben? Als open niet meer werkt, moet je dan direct naar de gevangenis? Sommigen hebben die veiligheid nodig voor zichzelf en anderen. Als je de hele tijd wegloopt, er van alle kanten drugs is en je zelfmoordpogingen blijft doen bijvoorbeeld.

Eerlijk gezegd vind ik het belangrijk dat gesloten jeugdzorg blijft bestaan. Het kan naar aflopen voor jongeren dit het nodig hebben. De iso is goed als je echt heel boos bent. Je kunt daar je woede uiten. We gaan er wel meer knuffelruimtes van maken, met kussens en een bank. Maar ze moeten blijven en ik ben niet de enige die daar zo over denkt. Ik zit in de jongerenraad en we hebben er onderzoek naar gedaan, we zijn alle groepen langs geweest. Kijk, je moet geen dagen opgesloten worden. Maar hier word je regelmatig gecheckt en is het maar voor tien minuten of een kwartiertje, totdat je zelf weer kan schakelen.”

* Omwille van privacy is ‘Romy’ een gefingeerde naam 

Lees ook de column van ons bestuurslid Bas Timman over de actuele ontwikkelingen rond de JeugdzorgPlus. Meer weten over initiatieven om te komen tot eerdere, snellere en beter passende hulp? Kijk dan op deze webpagina van StroomOP 

Op 23 december 2020 verscheen het eerste artikel in deze reeks, met Giovanni Coenen


Deel deze pagina: