Geachte minister De Jonge, beste Hugo,
Allereerst van harte gefeliciteerd en veel succes als minister en vice-premier. Jeugdzorg Nederland kijkt uit naar een constructieve samenwerking en is blij met een bewindspersoon die de lokale praktijk van de gedecentraliseerde jeugdzorg goed kent.
Graag stip ik in deze brief alvast een paar punten aan die wat Jeugdzorg Nederland betreft op korte termijn uw aandacht vragen. Want hoewel ik u ook graag complimenteer met de prachtige schoenen die u droeg op het bordes, heb ik het nog liever over de inhoud van uw belangrijke ministersportefeuille.
Aanbesteden in sociaal domein
Veel jeugdzorgorganisaties maken zich zorgen over de aanbestedingen in het sociaal domein. In plaats van gesprekken over samenwerking en vernieuwing van de zorg, stokt de dialoog tijdens de aanbestedingsperiode en wordt samenwerking bemoeilijkt. In mei van dit jaar sloeg u als wethouder in Rotterdam al alarm over de aanbestedingen in het sociale domein. De handreikingen en rapporten die sindsdien verschenen, gaan vooral over de vraag welke ruimte er binnen de huidige regels is om zaken iets eenvoudiger te regelen. Uw ambitie ging destijds veel verder en Jeugdzorg Nederland deelt die ambitie. Vanuit uw ervaring in Rotterdam weet u waar de schoen wringt. Jeugdzorg Nederland is graag uw partner en bondgenoot om dit probleem op te lossen.
Van transitie naar transformatie
De decentralisatie van de jeugdzorg was natuurlijk geen doel op zich, maar een middel om verbetering te brengen in de organisatie van de jeugdhulp: integraal, toegankelijk en dicht bij het kind. Minder zware zorg. Meer preventie, slimmere samenwerking en een einde aan verkokering en perverse prikkels omdat alle jeugdhulpvormen nu onder één opdrachtgever vallen: de gemeente. Dat ideaal is helaas nog lang niet bereikt. Het gaat te veel over bezuinigingen, systemen, tarieven en controle. De beoogde verandering van de zorg blijft achter. Integrale samenwerking over de domeinen heen (onderwijs, ggz, kinderopvang, welzijn, etc) is cruciaal voor het slagen van deze operatie. De jeugdzorgorganisaties nemen graag hun verantwoordelijkheid hierin, maar kunnen dit niet alleen. De middelen die in het regeerakkoord zijn vrij gemaakt voor een transformatiefonds zijn een mooie eerste stap in de goede richting. Of eerlijk gezegd: een klein stapje. De VNG lijkt dit transformatiefonds echter vooral te zien als een pot om gemeentelijke tekorten weg te werken. Terwijl een gerichte investering in de echte vernieuwing zo hard nodig is. Uiteraard gaat Jeugdzorg Nederland graag met u in gesprek over mogelijkheden om tot echte veranderingen in de jeugdzorg te komen. Ook heel praktische zaken zullen de komende tijd aan de orde komen, zoals het terugdringen van de administratieve lasten, de aanpassing van het woonplaatsbeginsel, de aansluiting van de zorg als jongeren 18 jaar worden en de regionale samenwerking.
Faire tarieven
Echte verandering van de zorg vraagt om samenwerking en ruimte voor (bij)scholing, onderzoek, nieuwe werkwijzen en kwaliteitsverbetering. Met de huidige manier van aanbesteden lijkt het echter vooral om de laagste prijs te gaan en is er in de praktijk nauwelijks ruimte om te investeren in innovatie. Sterker nog, een race to the bottom dreigt waarbij tarieven zo laag worden dat de kwaliteit van de zorg eronder lijdt. De jeugdzorgorganisaties willen goede zorg leveren; daarbij hoort een fair tarief. Circa 100 gemeenten geven bij de VNG aan structureel budget tekort te komen voor het sociaal domein. Dit tekort bij gemeenten leidt tot nog meer nadruk op lage tarieven en budgetplafonds. Het is van groot belang dat gemeenten genoeg geld hebben om hun taken goed uit te kunnen voeren, zodat hun inwoners kwalitatief goede zorg kunnen krijgen en jeugdzorgorganisaties kunnen investeren in vernieuwing.
Pleegzorg
De timing van uw aantreden kon eigenlijk niet beter. Van 1 tot 8 november aanstaande organiseert Pleegzorg Nederland (onderdeel van Jeugdzorg Nederland) de Week van de Pleegzorg. Op dit moment zijn er in Nederland ruim 19.000 pleegkinderen. Pleegouders zijn van onschatbare waarde én heel hard nodig, voor pleegkinderen van nu maar ook die van de toekomst. Het afgelopen jaar was echter de instroom van pleegouders kleiner dan de uitstroom, waardoor een tekort dreigt. Het Actieplan Pleegzorg bevat al een aantal broodnodige acties, maar de werving van nieuwe pleegouders vraagt om een extra impuls. De passage in het regeerakkoord over het werven van voldoende pleegouders zie ik als een uitgestoken hand om met u in gesprek te gaan over een bijdrage van het rijk aan een volgende wervingscampagne.
Jeugdzorg Nederland is graag een constructieve en betrokken partner bij het aanpakken van deze vraagstukken. Ik kijk uit naar onze samenwerking en kom graag snel een keer op bezoek om deze onderwerpen met u te bespreken.
Met vriendelijke groet,
Hans Spigt
Voorzitter Jeugdzorg Nederland