Bezuiniging op jeugdzorg (nog) niet van tafel

 

Het nieuwe kabinet houdt vast aan de voorgenomen extra bezuinigingen op jeugdzorg van 100 miljoen in 2024 en structureel 500 miljoen euro vanaf 2025, zo bleek tijdens het debat in de Tweede Kamer over de regeringsverklaring. De coalitiepartijen, goed voor een meerderheid in de Tweede Kamer, stemden zowel tegen de motie die het kabinet oproept de uitspraak van de arbitragecommissie te respecteren en af te zien van de extra bezuiniging, als tegen de motie die het invoeren van een eigen bijdrage en het door de overheid normeren van de behandelduur afwijst. Bijzonder was dat álle oppositiepartijen, van links tot rechts, beide moties wel steunden. Daarmee is het kabinet, dat in de Eerste Kamer niet op een meerderheid kan rekenen, in een lastige positie terechtgekomen.

De oppositiepartijen waren op meerdere momenten in het debat over de regeringsverklaring zeer kritisch over de voorgenomen bezuiniging op jeugdzorg. De kritiek richtte zich op meerdere aspecten. Bijvoorbeeld op het feit dat de bezuiniging al is ingeboekt, terwijl daar nog geen uitgewerkte plannen onder liggen. Jesse Klaver (GroenLinks): ‘Wat ik u vraag, is om te beginnen bij de inhoud. U begint nu met een bezuiniging van 500 miljoen’. Maar ook op het feit dat er bezuinigd wordt op een sector waar grote problemen zijn en waar wachtlijsten voor specialistische zorg zijn. Lilianne Ploumen (PvdA): ‘De jeugdzorg is in de afgelopen jaren een grote zorg voor ons allemaal geweest, zeker ook voor gemeenten, want die zien hoe kwetsbare jongeren in de knel komen. Je zou denken dat het dan een wijs besluit van een kabinet is om extra te investeren in de jeugdzorg. Maar wat doet het kabinet? Het is gewoon een bezuiniging: 500 miljoen eraf’.

Premier Rutte en de fractievoorzitters van de coalitiepartijen gingen er in hun reacties vaak volledig aan voorbij dat in de uitspraak in de arbitragezaak (door de ‘Commissie van Wijzen’) in het conflict tussen rijk en gemeenten al aantal paar forse bezuinigingsopdrachten zitten. Volgens deze commissie moeten de gemeenten meer geld krijgen voor jeugdzorg, maar kan dat ‘extra’ bedrag wel ieder jaar omlaag als er specifieke (bezuinigings)maatregelen worden genomen. In de Hervormingsagenda Jeugd zouden deze plannen verder uitgewerkt worden, inclusief de bijbehorende bezuinigingen. Die bezuinigingsopgave is al fors en verschillende werkgroepen van de Hervormingsagenda gaven aan de genoemde besparingen niet te kunnen halen. De nieuwe coalitie bezuinigt nu echter nog 500 miljoen euro meer dan deze commissie adviseerde. Ter onderbouwing van die bezuiniging noemden zij maatregelen die ook al ingeboekt zijn in het traject van de Hervormingsagenda en die uiteraard niet twee keer doorgevoerd kunnen worden. Daarnaast verwezen premier Rutte en de coalitie-fractievoorzitters naar de in het coalitieakkoord genoemde eigen bijdrage en normering van de behandelduur. Beide maatregelen worden door de voltallige oppositie afgewezen en lijken ook nooit de beoogde bezuiniging van 500 miljoen euro op te kunnen brengen.

Verworpen moties hebben normaal gesproken geen politieke invloed, maar nu het kabinet geen meerderheid in de Eerste Kamer heeft en álle oppositiepartijen tegen de jeugdzorgbezuiniging zijn, ligt dat anders. Minister-president Mark Rutte: ‘Ik heb gisteren heel goed de zorg van de Kamer gehoord. Dat verplicht het kabinet dus ook om in de uitwerking van de plannen over de jeugdzorg die zorgen te adresseren, niet alleen uit beleefdheid en vanwege die uitgestoken hand, maar ook vanuit de politieke rationaliteit, want anders zullen die plannen niet door de Eerste Kamer komen.’

Hans Spigt, voorzitter van Jeugdzorg Nederland: ‘Het kabinet is nu aan zet om in beweging te komen. Als kabinet en gemeenten vervolgens met elkaar in gesprek gaan over de jeugdzorg, dan horen wij natuurlijk ook aan tafel. Het moet immers niet alleen over de bezuiniging, maar vooral over de plannen om het jeugdzorgstelsel te verbeteren gaan’. Op 15 februari debatteert de Eerste Kamer over de regeringsverklaring.

Lees ook het artikel dat Binnenlands Bestuur schreef over het Kamerdebat over de regeringsverklaring


Deel deze pagina: