Compensatie van loonstijging is noodzakelijk

Jeugdzorg Nederland vreest het faillissement van een groot aantal jeugdzorgorganisaties als de stijgende loonkosten onvoldoende gecompenseerd worden door gemeenten. Jeugdzorg Nederland vroeg advies- en accountancyfirma EY om een aantal toekomstscenario’s door te rekenen. Ronnie van Diemen, voorzitter van Jeugdzorg Nederland: ‘Als de lonen met 10% stijgen, zoals in vergelijkbare sectoren, maar de tarieven slechts met de landelijk gangbare zorgindexatie worden verhoogd, dan staat het voortbestaan van een derde van de 68 onderzochte jeugdzorgorganisaties op het spel’.

Van Diemen: ‘We zitten in een ingewikkelde spagaat. We zien de lonen in de cao’s van andere zorgbranches fors stijgen, het gaat om loonstijgingen van 10 tot 15%. Om jeugdzorgpersoneel te behouden, aantrekkelijk te blijven voor nieuwe medewerkers, én omdat onze medewerkers het verdienen, zullen we in onze nieuwe cao een vergelijkbare loonstijging moeten opnemen. Het merendeel van de jeugdzorgorganisaties kan die loonstijging echter niet betalen.’ Veel jeugdzorgorganisaties staan er financieel slecht voor. De sector trekt al jaren aan de bel over te lage tarieven, hoge administratieve lasten en achterblijvende compensatie voor kostenstijgingen.

Hervormingsagenda Jeugd

In de Hervormingsagenda Jeugd zijn afspraken gemaakt die op termijn moeten leiden tot een forse reductie van de administratieve lasten en tot eenduidige landelijke tarieven. Van Diemen: ‘Dat zijn goede afspraken, maar het duurt nog een hele tijd voordat deze echt in werking treden. Dus moet er in de tussentijd ingegrepen worden, om te voorkomen dat belangrijke jeugdzorgaanbieders omvallen. En eigenlijk moeten we nog breder kijken: ook organisaties die misschien niet meteen omvallen, hebben vaak onvoldoende financiële mogelijkheden om te investeren in personeel en de broodnodige hervorming van het jeugdzorgaanbod.’



Onderzoek EY: ‘Impact (nieuwe) cao voor financiële situatie jeugdzorgaanbieders’

Jeugdzorg Nederland heeft advies- en accountancyfirma EY gevraagd om op basis van de cijfers uit de jaarrekeningen over 2019 tot en met 2022 een aantal toekomstscenario’s door te rekenen. De aanleiding voor dit onderzoek zijn de lopende onderhandelingen over de nieuwe cao Jeugdzorg. In het onderzoek zijn 68 jeugdzorgorganisaties meegenomen. Het onderzoek brengt in kaart wat de gevolgen van verschillende loonstijgingen in combinatie met verschillende scenario’s voor de compensatie door gemeenten zijn. In het onderzoek is voor de komende jaren doorberekend welke financiële gevolgen er in de diverse scenario’s zijn. Daarbij wordt gekeken naar gangbare financiële indicatoren en bancaire ratio’s. Op basis daarvan wordt per scenario aangegeven hoeveel organisaties naar verwachting te maken krijgen met een matig, hoog of zeer hoog insolventierisico. Onder insolventierisico wordt het risico verstaan dat een jeugdzorgorganisatie in een toestand verkeert dat de schuldeisers van een jeugdzorgorganisatie niet meer betaald kunnen worden. In de praktijk zal een zeer hoog insolventierisico vaak leiden tot een surseance van betaling en/of faillissement. Het onderzoek laat zien dat het aantal instellingen in de jeugdzorg met een ‘zeer hoog insolventierisico’ oploopt naarmate het verschil tussen de loonstijging en de compensatie door gemeenten groter wordt.

In het onderzoek wordt gekeken naar de financiële gevolgen op korte termijn (in 2024) en op iets langere termijn (in 2026). Zelfs als gemeenten de loonstijging volledig compenseren (= de rij met 100% compensatie in bovenstaande tabel) dan zal dit volgens het onderzoek nog steeds leiden tot 3 á 4 instellingen die op korte termijn (per 2024) te maken krijgen met een zeer hoog insolventierisico, en dus een verhoogde kans op faillissement hebben. Een loonstijging van 12% die niet gecompenseerd wordt (het vakje rechtsboven in deze tabel), leidt op korte termijn tot een zeer hoog insolventierisico bij 13 jeugdzorgorganisaties (van in totaal 68 organisaties in dit onderzoek).

Een loonstijging van 12% die niet gecompenseerd wordt, leidt op iets langere termijn (per 2026) tot een zeer hoog insolventierisico bij 44 van de 68 onderzochte jeugdzorgorganisaties. Een loonstijging van 10 of 11%, wat aan zou sluiten bij de ontwikkeling in andere sectoren, met een compensatie van 50% (het landelijke prijsindexcijfer voor personele kosten in de zorg, de OVA, is voor 2024 voorlopig vastgesteld op 4,94%), leidt per 2026 tot een zeer hoog insolventierisico bij 22 jeugdzorgorganisaties.

In het onderzoek is uitsluitend gekeken naar de stijging van de lonen en de mate waarin deze loonstijging door de gemeentelijke opdrachtgevers wordt gecompenseerd. Andere kostenstijgingen, zoals de doorwerking van de inflatie op materiële kosten of stijgende energierekeningen, zijn buiten beschouwing gelaten in deze doorrekening.

Download hier het rapport ‘Impact (nieuwe) cao voor financiële situatie jeugdzorgaanbieders’



 

‘Alle seinen staan op rood’

Dat de jeugdzorgsector er financieel slecht voor staat, bleek eerder al uit de EY Barometer Nederlandse Gezondheidszorg 2023 op basis van de jaarrekeningen over 2022. Meer dan 40% van de jeugdzorgorganisaties maakte verlies over 2022 en het is de enige deelsector in de zorg waar de optelsom van alle resultaten een verlies laat zien. Ook concludeert EY in de zorgbarometer dat er door de beperkte rendementen weinig tot geen ruimte is voor het doen van investeringen. In de financiële scores van de sector is een duidelijk daling zichtbaar en daarmee staan ‘bijna alle seinen op rood’ voor de jeugdzorg, aldus EY. Lees ook de eerdere reactie van Jeugdzorg Nederland op de EY Barometer Nederlandse Gezondheidszorg 2023

Te lage tarieven en achterblijvende indexatie

Er zijn grote verschillen in de tarieven die gemeenten voor jeugdzorg betalen. In de zorg is het gebruikelijk dat de tarieven jaarlijks geïndexeerd worden, voor de loonkosten met het landelijk vastgestelde OVA-percentage: de ‘Overheidsbijdrage in de Arbeidskostenontwikkeling’, die een marktconforme arbeidsvoorwaardenontwikkeling mogelijk moet maken in de zorg. In de praktijk gaan gemeenten, sinds zij verantwoordelijk zijn voor de jeugdzorg, heel wisselend om met de indexatie. Van Diemen: ‘Het onderzoek toont aan dat indexatie met alleen de OVA voor veel jeugdzorgorganisaties volgend jaar niet meer volstaat. Dat heeft verschillende oorzaken. Ten eerste: als tarieven al te laag waren en de indexatie afgelopen jaren achterbleef, dan is er nu simpelweg een inhaalslag nodig. Ten tweede: de OVA-indexatie loopt, door de wijze waarop deze berekend wordt, altijd achter op de actuele ontwikkelingen. De forse loonontwikkeling die we nu zien in veel zorgsectoren, en die echt afwijkt van die in de afgelopen jaren, komt nog onvoldoende tot uitdrukking in het huidige OVA-percentage. Voor een sector die in zeer zwaar financieel weer verkeerd, is dat verschil simpelweg niet meer op te vangen of voor te schieten.’

In gesprek over oplossingen

Jeugdzorg Nederland roept gemeenten op om de uitkomst van de cao-onderhandelingen door te vertalen in de tarieven die zij aan jeugdzorgorganisaties betalen. Van Diemen: ‘Het is belangrijk dat gemeenten en aanbieders hierover constructief in gesprek gaan. De uitkomst van die gesprekken kan per regio verschillen. In de ene regio zijn de tarieven nu namelijk hoger dan in de andere regio, in de ene regio is indexatie van tarieven in het verleden beter doorgevoerd dan in de andere regio. De betrokken partijen moeten samen kijken wat er nú nodig is om de periode tot het ingaan van de maatregelen uit de Hervormingsagenda Jeugd te overbruggen. Hoe borgen ze de continuïteit van belangrijke jeugdzorg en wat is er nodig om de vele inhoudelijke ambities waar te kunnen maken? Als de compensatie door gemeenten achterblijft bij de loonontwikkeling, dan neemt het aantal jeugdzorgorganisaties in financiële nood snel toe.’

 

Van Diemen: ‘Er is een grote vraag naar zorgprofessionals. We willen goede zorg aan de meest kwetsbare kinderen kunnen leveren, dus is het cruciaal dat we medewerkers voor de jeugdzorg behouden en kunnen concurreren met de arbeidsvoorwaarden in andere sectoren. Tegelijkertijd trekken veel jeugdzorgorganisaties al langer aan de bel over hun penibele financiële situatie. Zonder extra ingrepen hebben zij niet veel, of zelfs geen, ruimte om een loonstijging op te vangen.’

 

Download hier het rapport ‘Impact (nieuwe) cao voor financiële situatie jeugdzorgaanbieders’


Deel deze pagina: