Er komt een landelijk tarief voor de uitvoering van jeugdbescherming en jeugdreclassering. Dit hebben het Rijk en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) vandaag bekend gemaakt. Zij maken hiervoor samen €60 miljoen per jaar vrij. De uitvoerders van jeugdbescherming en jeugdreclassering, zogenaamde Gecertificeerde Instellingen (GI’s), vragen al jaren om een landelijk tarief en zijn dan ook tevreden met de inspanningen van het Rijk en de VNG.
Het Rijk en de VNG hebben deze bestuurlijke afspraken gemaakt over de Handreiking landelijke tarieven. Deze helpt gemeenten en GI’s om een passend tarief vast te stellen voor de uitvoer van jeugdbescherming en jeugdreclassering. Paul Janssen, bestuurslid Jeugdzorg Nederland: “De GI’s geven al langer aan dat ze te weinig tijd hebben om gezinnen te begeleiden. We zijn blij dat de erkenning van het Rijk en gemeenten nu ook wordt omgezet in structurele middelen. De handreiking die het Rijk heeft opgesteld, zorgt voor uniformiteit in het land.”
Lagere workload
De afspraken tussen Rijk en VNG moeten de workload en werkdruk bij de GI’s verlagen. Janssen: “We steunen de doelstellingen ten volste. Wij luiden al langere tijd de noodklok als het gaat over grote uitdagingen en problemen waar kinderen en professionals mee te maken hebben in de jeugdbescherming en – reclassering. We krijgen nu de mogelijkheid om de hoge werkdruk te verlagen en onze professionals beter te behouden. Dit moet uiteindelijk natuurlijk leiden tot meer tijd en een betere begeleiding van de gezinnen.”
GI’s werken mee aan monitoring
De GI’s steunen de bestuurlijke afspraken en werken mee aan de monitoring van resultaten. “Wij zijn geen partij in de bestuurlijke afspraken over het tarief”, aldus Janssen. “Wel hebben we aangegeven als GI’s mee te willen werken aan de onderzoeken, consultaties en uitvragen die nodig zijn om de ontwikkelingen te monitoren en waar nodig bij te sturen.”
Op 23 oktober worden de bestuurlijke afspraken, de Handreiking en de onderliggende documenten door het Rijk en de VNG vastgesteld.