In 2028 moet het aantal kinderen dat gebruik maakt van jeugdzorg terug naar 1 op de 10, in plaats van de huidige 1 op de 7. Dat stelde staatssecretaris Karremans (Jeugd, Preventie en Sport) tijdens het wetgevingsoverleg over het begrotingsonderdeel jeugd dat maandag 11 november plaatsvond in de Tweede Kamer. Een uitgebreide debatagenda waarop verschillende onderwerpen werden behandeld leidde echter tot weinig concrete oplossingen.
De Tweede Kamer blijft kritisch over de voortgang die sinds het tekenen van de Hervormingsagenda Jeugd afgelopen jaar is gemaakt om het jeugdstelsel te verbeteren. De problemen in de sector blijven onverminderd groot, maar veel Kamerleden spreken over een gebrek aan tempo en urgentie. Zowel staatssecretaris Karremans als de staatssecretaris rechtsbescherming, Teun Struycken, gaven tijdens het debat aan deze urgentie weldegelijk “breed” te voelen en te werken aan oplossingen.
Het debat is hier terug te kijken.
Hervormingsagenda Jeugd
Tijdens het debat stelden verschillende Kamerleden vragen over de trage voortgang van de Hervormingsagenda Jeugd. Lisa Westerveld (GL-PvdA) maakt zich grote zorgen over o.a. het wetsvoorstel Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg die inmiddels zes jaar in de maak is en volgens Westerveld zo snel mogelijk moet worden behandeld in de Tweede Kamer. Daarnaast stelden Kamerleden ook vragen over de aangekondigde discussie en het wetsvoorstel over de reikwijdte van de jeugdzorg, zoals deze is afgesproken in de Hervormingsagenda. De consultatie voor dit wetsvoorstel staat gepland voor de zomer van 2025, maar veel is nog onduidelijk over de precieze invulling van dit wetsvoorstel en de maatschappelijke dialoog over wat wél en wat niét jeugdzorg is, destijds aangekondigd door staatssecretaris Van Ooijen.
Bezuinigingen en deskundigencommissie
Enkele Kamerleden, waaronder Wieke Paulusma (D66), plaatsten vraagtekens bij de voornemens van het kabinet om te bezuinigingen op preventie en om de btw op sport en cultuur te verhogen. “Daar zijn jongeren in dit land de dupe van,” aldus Paulusma. Ook de besparing van 1 miljard euro gekoppeld aan de afspraken uit de Hervormingsagenda, lijkt ondanks de vertraging toch te worden ingeboekt. Veel Kamerleden vroegen daarom om duidelijkheid wat betreft de deskundigencommissie voor de Hervormingsagenda die is ingesteld om de uitvoering te monitoren. De staatssecretaris heeft toegezegd het “zwaarwegend advies” van de deskundigencommissie op te gaan volgen.
Afbouw gesloten jeugdzorg
Als voorbeeld voor de trage voortgang in het doorvoeren van de inhoudelijke verbeteringen van het jeugdstelsel refereerden enkele Kamerleden aan de af- en ombouw van de gesloten jeugdzorg, die nog niet goed verloopt. Patrick Crijns (PVV) pleitte er in zijn betoog voor dat er eerst goede alternatieven moeten zijn, voordat er kan worden afgebouwd. Hij wees daarbij op het belang van het betrekken van de expertise van instellingen, professionals en ervaringsdeskundigen in het ontwikkelen van alternatieven die “daadwerkelijk aansluiten op de behoeften van deze jongeren.” Staatssecretaris Karremans kondigde daarmee aan in ieder geval 176 miljoen beschikbaar te hebben gesteld voor de transformatie van de gesloten jeugdhulp, zodat deze zo zorgvuldig mogelijk kan worden doorgezet. Of extra geld ervoor zal zorgen dat alternatieven sneller worden opgebouwd, moet gaan blijken.
Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming
Ook voor het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming was tijdens het debat veel aandacht. Zowel de Kamerleden als staatssecretaris Struycken wezen daarbij op de ontwikkelrichting waar recent toe is besloten. Struycken markeert de ontwikkelrichting als een belangrijke stap in het verbeteren van de rechtsbescherming voor ouders en kinderen. Don Ceder (CU) was echter benieuwd hoe de positionering van de jeugdreclassering buiten de 25 beoogde Regionale Veiligheidsteams in zijn werk gaat. Maar ook welk tijdspad en financieel kader is afgesproken bij de verdere doorvoering van de ontwikkelrichting. Struycken gaf aan hiertoe stappen te zetten en spoedig met meer duidelijkheid te komen, maar deed geen concrete toezeggingen.
Interdepartementale aanpak en visie op de jeugd
Diverse Kamerleden waren tijdens het debat benieuwd naar de visie en doelstellingen die beide staatssecretarissen de komende jaren voor ogen hebben. Zowel Don Ceder als Faith Bruyning (NSC) wezen op de “interdepartementale” aanpak waar het kabinet op dit moment aan werkt. Maar veel is nog onduidelijk over de precieze afstemming tussen de verschillende ministeries – waaronder VWS, OCW en J&V – die daarvoor nodig is. Duidelijk is dat er stappen moeten worden gezet om de knelpunten en schotten tussen verschillende beleidsterreinen op te lossen om zo te komen tot een overkoepelende visie die de onderliggende problemen van kinderen en gezinnen beter weet aan te pakken. De motie die Don Ceder hiertoe indiende werd teleurstellend genoeg echter ontraden door staatssecretaris Karremans op grond van reeds uitgewerkte of lopende initiatieven, waaronder de Hervormingsagenda en de Nationale Jeugdstrategie.
Een compleet overzicht van alle ingediende moties tijdens het debat is hier te vinden. De stemmingen over deze moties vinden binnenkort plaats. Op de begrotingen van VWS en J&V worden in de week van 2 december gestemd.
Jeugdzorg Nederland blijft betrokken
Jeugdzorg Nederland hoopt dat er snel vaart wordt gemaakt met het doorvoeren van de verbeterplannen voor het jeugdstelsel. Dit moet gebeuren onder de juiste randvoorwaarden en met oog voor zorgvuldigheid. De komende tijd zullen wij verdere uitwerking van o.a. de Hervormingsagenda en het Toekomstscenario op de voet volgen. Ook zullen wij de voortgang op het terugbrengen van de instroom in de jeugdzorg naar 1 op de 10 kinderen nauw blijven monitoren. Wij hebben de taak om gezamenlijk en met de politiek te werken aan betere, meer gezinsgerichte en liefdevollere jeugdzorg. Hierover blijven wij de komende tijd actief in gesprek met alle betrokken partijen en leden in de Tweede Kamer.
Meer informatie:
- Brief BGZJ aan de Tweede Kamer t.b.v. Wetgevingsoverleg