De onderhandelingen met de vakbonden over een nieuwe cao Jeugdzorg zijn vastgelopen. Werkgevers en werknemers hebben gisteravond helaas moeten concluderen dat de looneis en het loonbod te ver uit elkaar liggen om nu verder door te praten. “Daarmee komen we in een zeer onwenselijke situatie. Werknemers verdienen een nieuwe cao, maar die is nu niet in zicht,” aldus Paul van der Linden, voorzitter van de werkgeversdelegatie. “Onze inzet was om met een verhoging van 2% per 1 januari 2021 de lonen op korte termijn te verbeteren en gedurende de looptijd een aantal studieafspraken te maken om de cao beter te laten aansluiten bij de behoeften van werknemers in hun werk-privébalans. Ondertussen blijven we bij de gemeenten aandringen om het extra geld dat ze van het rijk ontvingen, daadwerkelijk in de jeugdzorg te investeren.”
Jeugdzorg Nederland is al sinds februari in onderhandeling met de vakbonden over een nieuwe cao. De bonden willen een verhoging van 5% terwijl de werkgevers op dit moment niet meer kunnen bieden dan 2% (met terugwerkende kracht vanaf januari 2021). De bonden willen alleen met het loonbod voor 2021 instemmen, als er over de eerste drie maanden van 2022, nog eens 5% bijkomt. Dit brengt voor de organisaties echter dusdanige financiële risico’s met zich mee dat ze daar niet op kunnen ingaan. Paul van der Linden: “De toezegging van het kabinet om alle zorgsalarissen te verhogen, heeft helaas nog niet geleid tot extra middelen bij de werkgevers. Ook de 1,3 miljard extra voor jeugdzorg is nog niet in de zorg terechtgekomen.”
Jeugdzorg Nederland dringt al langer aan bij rijk en gemeenten om de (extra) middelen te laten landen in de sector zelf. Deze week riep de branche gemeenten opnieuw op om (een deel van) de 1,3 miljard en de OVA (‘overheidsbijdrage in loonontwikkeling’) daadwerkelijk in te zetten voor de jeugdzorg.
Jeugdzorg Nederland hoopt dat gemeenten snel inzien dat er een gezamenlijke verantwoordelijkheid is en dat hogere tarieven nodig zijn om de jeugdzorg te verbeteren, zodat werkgevers en werknemers weer in gesprek kunnen. “Een goede cao is nodig voor een goede jeugdzorg. Er is te weinig passende hulp beschikbaar en er zijn te weinig professionals om de hulp te kunnen bieden. Daardoor is de werkdruk te hoog en kunnen we niet investeren in opleiden en ontwikkelen. Niet alleen de professionals hebben daar last van, uiteindelijk zijn de gezinnen de dupe. En dat is zeer onwenselijk”, aldus Paul van der Linden.