Onderzoek jeugdzorgtekorten: snel oplossing nodig

De onderzoeken naar de gemeentelijke tekorten op jeugdzorg bevestigen wat eigenlijk al bekend was: er zijn forse tekorten bij gemeenten. De verwachting destijds dat door de decentralisatie al op korte termijn 450 miljoen (15 % van het gedecentraliseerde budget) bespaard kon worden door efficiënter te werken, blijkt totaal niet uitgekomen. Die bezuiniging is dus echt ten koste van de zorg gegaan. Daarnaast groeide de vraag naar jeugdzorg sinds de decentralisatie met 12 %. Ook blijkt uit het onderzoek dat gemeenten gemiddeld 5 % van het budget nodig hadden voor hun eigen organisatie. Voorzitter Hans Spigt van Jeugdzorg Nederland: ‘Dit sluit helemaal aan bij wat wij al langer van onze leden horen. Het is absoluut noodzakelijk dat het rijk de gemeenten nu met een royaal gebaar tegemoet komt, want de financiële druk bij gemeenten leidt inmiddels tot tarieven onder de kostprijzen en dat is echt onhoudbaar. Een snelle oplossing is nu nodig’.

Lokaal meer inzicht nodig

De onderzoeken tonen niet alleen aan dat er extra geld nodig is, ze tonen volgens Jeugdzorg Nederland ook aan dat er op lokaal veel meer inzicht nodig is in de kostenstijgingen. Spigt: ‘De meeste van onze leden hebben hun omzet de afgelopen jaren zien dalen, soms zelfs fors, en toch zijn de kosten voor gemeenten gestegen. Waar ging dat geld dan heen? En was dat echt nodig en wenselijk? Die duidelijkheid bieden de rapporten helaas niet. Er wordt op vrij abstract niveau gekeken naar de zorgvormen: ‘met verblijf’ en ‘zonder verblijf’, ‘jeugdhulp’ en ‘jeugdbescherming’. Voor een echte analyse van dit vraagstuk is veel gedetailleerder zicht nodig op waar de groei precies zit. De onderzoekers constateren dat gemeenten vaak geen uitgebreide op feiten gebaseerde analyse van oorzaken hebben. Dat is natuurlijk wel nodig’.

Te lage tarieven

Een deel van de verklaring is dat wijkteams de jeugdhulp laagdrempeliger hebben gemaakt. Maar dat is geen sluitende verklaring voor de totale toename van het volume. Het benchmarkonderzoek biedt wel wat aanknopingspunten, die nader (lokaal) onderzoek waard zijn. Zo zien sommige gemeenten vooral een toename bij relatief nieuwe kleine aanbieders. Spigt: ‘Maar om welke zorgvormen gaat het dan precies? Er is extra geld nodig omdat er veel te fors bezuinigd is en de vraag groeide, maar gemeenten moeten zelf ook veel beter inzichtelijk maken waar het geld naar toe gaat. Dan kunnen ze daar ook gericht beleid op voeren, in plaats van generiek voor alle zorgvormen bezuinigen op de toch al lage tarieven’.

Geen verliesfinanciering, maar investering

De onderzoekers constateren in hun reflectie bij de benchmark: ‘Kortom: er is tijd, investering en leren nodig om het jeugdstelsel door te ontwikkelen en de potentie van het  jeugdstelsel te realiseren’. Spigt: ‘Daar sluit ik me graag bij aan. De eerste stap moet nu gezet worden bij de Voorjaarsnota. Er is extra geld nodig om te investeren. Dat betekent dat extra geld door gemeenten niet alleen ingezet mag worden als verliesfinanciering: investeren in faire tarieven en het waarmaken van de ambities uit de Jeugdwet dienen voorop te staan’.


Deel deze pagina: