Toeslagenaffaire speelde grote rol bij uithuisplaatsing
De overheid moet gezinnen beschermen en helpen, zodat kinderen gezond en veilig kunnen opgroeien. Als er problemen zijn in gezinnen, speelt jeugdzorg een belangrijke rol. Bij de gezinnen die door de toeslagenaffaire zijn getroffen, heeft de overheid gefaald in het bieden van veiligheid en hulp. We delen de conclusie van commissie Hamer dat door de fouten van de overheid veel gezinnen in grote problemen zijn gekomen. Sommige kinderen moesten zelfs tijdelijk of voor lange tijd uit huis geplaatst worden. We vinden het, net als de commissie Hamer, pijnlijk dat een deel van deze uithuisplaatsingen voorkomen had kunnen worden. De jeugdzorg heeft de uithuisplaatsingen ook niet kunnen voorkomen. Dat heeft bij deze gezinnen tot extra leed geleid. Het rapport laat zien dat veel kinderen nog steeds last hebben van wat er is gebeurd.
Ook wij, als Jeugdzorg Nederland, zijn geraakt door de verhalen in het rapport. Voorzitter Ronnie van Diemen zegt: “De terugvordering van de Belastingdienst en de onterechte beschuldiging van fraude hebben gezinnen kapotgemaakt. Het is hartverscheurend dat dit leidde tot uithuisplaatsingen. Elke uithuisplaatsing is er één te veel, maar het is nog erger als de problemen door de overheid zelf zijn veroorzaakt. De toeslagenaffaire heeft ons ook aan het denken gezet, want wij konden deze uithuisplaatsingen niet voorkomen.”
Problemen in gezinnen beter herkennen
Volgens de commissie hadden deze gezinnen complexe problemen, maar werden de oorzaken niet goed herkend en aangepakt. Daarom moeten wij als sector ook naar onszelf kijken. Wat hadden we anders en beter kunnen doen voor deze gezinnen? Bij veel gezinnen had de uithuisplaatsing niet plaatsgevonden als de terugvordering er niet was geweest of als de financiële situatie eerder was gestabiliseerd. De commissie zegt dat hulpverleners zich niet bewust waren van hoe financiële problemen doorwerkten op andere gebieden, zoals de opvoeding.
“Die conclusie trekken we ons aan,” zegt Van Diemen. “Dat we onvoldoende bewust waren van de impact van financiële problemen bleek ook uit onze eigen reflectie op onze rol in de toeslagenaffaire en de uithuisplaatsingen. Daarom werken we nu aan het beter herkennen en bespreken van financiële problemen. Dit wordt onderdeel van onze analyse om problemen in gezinnen beter in kaart te brengen. We willen ook beter samenwerken met gezinnen en naast hen staan. Beter luisteren naar ouders en kinderen en hun vertrouwen terugwinnen.” Over de acties die we doen, schreven we eerder dit bericht.
De commissie benadrukt ook het belang van gezinsgericht werken in de jeugdzorg. Volgens de commissie gebeurt dit nu te weinig. De Raad voor de Kinderbescherming en jeugdbeschermingsorganisaties zijn verantwoordelijk voor het beschermen van kinderen zodat ze veilig kunnen opgroeien. Ouders en kinderen gaven aan dat ze zich niet gehoord voelden door de hulpverleners. “Wij herkennen deze signalen,” zegt Van Diemen. “We zijn aan de slag om de jeugdzorg beter en liefdevoller te maken. Dit betekent onder andere werken aan meer gelijkwaardigheid, beter luisteren naar de hulpvraag van ouders en gezinnen, meer gezinsgericht werken en betere rechtsbescherming voor kinderen. Alleen zo kunnen we gezinnen echt helpen en werken aan duurzame veiligheid en ontwikkeling.”
We blijven graag met gedupeerde ouders en kinderen in gesprek om hun ervaringen mee te nemen in de verbeteringen van de jeugdzorg. We zijn blij met de aanbevelingen van commissie Hamer. Ze zijn in lijn met de verandering waar we in de jeugdzorg mee bezig zijn.
Werken aan echt herstel
“Beter luisteren naar kinderen en gezinnen is een taak voor de hele overheid. Dat we daarin tekortschieten, ook als jeugdzorg, laat de toeslagenaffaire duidelijk zien,” vervolgt Van Diemen. “We sluiten ons aan bij de oproep van de Commissie Hamer dat een grote cultuuromslag in de overheid nodig is. We moeten bouwen aan een samenleving waarin kinderen, gezinnen en de overheid elkaar vertrouwen.”
Het rapport van de commissie Hamer laat zien dat de impact op de getroffen kinderen nog steeds groot is. Ze hebben mentale problemen, konden hun opleiding niet afmaken en hebben slechte relaties met hun ouders en broers en zussen. Ook zijn ze bang voor de overheid. Volgens de commissie is de kans groot dat deze ervaringen ook invloed hebben op de volgende generatie. “Een eerste stap in het herstellen van het vertrouwen is echt herstel voor deze kinderen,” zegt Van Diemen.