Vertrouwen komt te voet, …

Ieder kind moet zich veilig voelen. Zeker in een jeugdinstelling. Op één van onze leefgroepen sprak ik een jongere over die ambitie. Hij trok zijn wenkbrauwen op en zei: ‘Dat lukt natuurlijk nooit’. Ik vertelde hem dat we het toch willen proberen, dat onze sector zich daar altijd voor zal blijven inspannen, hoe moeilijk het soms ook is.

En moeilijk is het soms. Dat blijkt ook weer uit het rapport van de Jongerentaskforce kindermishandeling Jongeren in jeugdhulp over veiligheid’. In dat rapport werd de beleving van de sociale veiligheid in hun leefgroep onderzocht van zo’n 200 jongeren uit de residentiële jeugdzorg, Jeugd GGZ- en jeugd-LVB.

De jongeren maken een scherpe analyse. Ze zeggen dat een goede vertrouwensrelatie tussen hen en de groepsleiding cruciaal is: dan kunnen problemen en zorgen bespreekbaar gemaakt worden. In de aanbevelingen van de Jongerentaskforce zitten veel concrete suggesties, maar die werken pas echt goed als die vertrouwensbasis er is.

En daar zit wel een groot knelpunt, want door de wijziging van het jeugdstelsel en de ambities om de zorg meer in eigen buurt en minder in instellingen te organiseren wordt er veel bezuinigd en is er onzekerheid over het budget voor de komende jaren. Soms worden leefgroepen gesloten of samengevoegd. Daarbij verdwijnen ook banen bij de groepsleiding, waarbij belangen van jongeren niet meegewogen kúnnen worden omdat simpelweg aan wettelijke ontslagregels moet worden voldaan.  

Er is echt meer aandacht nodig voor de enorme impact die alle wijzigingen voor jongeren hebben. We zien dat jongeren steeds meer met de door hen gevreesde wisselingen van groepsleiding te maken krijgen. Vertrouwensrelaties verdwijnen en het veiligheidsgevoel van jongeren neemt daardoor logischerwijs af. Hier moet een rem op worden gezet.  

Aan het beoogde eindplaatje van de jeugdzorg hoeft niets te veranderen, maar er moet ruimte gecreëerd worden om stabiliteit te bieden aan jongeren die dat zo hard nodig hebben. Ook als dat tijdelijk tot minder bezuinigingen leidt of afspiegelingsregels bij onvermijdelijke ontslagen opzij geschoven moeten worden. De jongere staat immers centraal, niet het stelsel. Alleen zo kunnen we er voor zorgen dat we onze ambitie realiseren en íeder kind zich veilig voelt.  

Ans van de Maat
Woordvoerder aanpak seksueel misbruik namens Jeugdzorg Nederland
Lid Raad van Bestuur bij Intermetzo  


Deel deze pagina: