Petra Josso Loureiro maakte de overstap van onderwijs naar jeugdzorg. Ze werkt sinds kort bij Triade Vitree in Almere. Haar ervaringen met leerling Puck droegen bij aan deze loopbaanwissel.
“In 2008 startte ik als gastdocent op het ROC van Amsterdam bij de opleiding Allround Grimeur. Ik gaf les in theatergrime. Puck kwam in 2010 in mijn mentorklas. Ze was zeventien jaar en viel op. De ene dag kwam ze naar school met een hoog gesloten bloesje. De volgende dag liep ze er supersexy bij. Dan weer slenterde ze slobberig de klas binnen of droeg ze dreads. Met haar kleding wisselde ook haar gedrag. Soms zat ze stilletjes achterin, de andere keer deed ze actief mee of zat ze juist te klieren. Puck intrigeerde me.
Ik was 27 jaar en had geen docentenopleiding. Ik was het vak ingerold als freelance make-up artiest. Pedagogische of didactische handvatten had ik niet. Ik deed alles vanuit mijn hart. Puck werd regelmatig besproken in het teamoverleg omdat ze moeilijk te motiveren was en vaak spijbelde. Tijdens deze vergaderingen werd duidelijk dat ze van mij meer aannam dan van mijn collega’s.
Als mentor had ik de taak regelmatig met Puck te praten over haar schoolprestaties. Dat ging vaak informeel, tijdens de lessen ging ik naast haar staan en vroeg ik waarom ze zo moeilijk deed bij die of die docent. Puck liet mij toe, ze werd opener naar mij. Soms voelde ze zich down, dan weer vrolijk. Een oorzaak kon ze niet benoemen. Het eerste jaar bleef ze zitten. In het tweede jaar werd ze depressiever en praatte ze met mij over haar suïcidale gedachten. Ik wist niet goed hoe hier professioneel mee om te gaan. Samen belden we de huisarts om een afspraak te regelen.
‘IK WILDE HAAR LATEN ZIEN DAT ER VEEL MOOIS IS OM VOOR TE LEVEN’
Ze raakte me, een lief poppetje dat zich heel stoer voor kon doen. Ik wilde haar laten zien dat er veel moois is om voor te leven, maar aarzelde in hoeverre ik persoonlijk bij haar betrokken mocht raken. Toch nodigde ik haar thuis uit om samen aan opdrachten te werken. Daar begon ze te praten en moest ze huilen omdat ze zo depressief was en maar niet begreep waar dat vandaan kwam.
Puck kwam uit een harmonieus gezin met liefdevolle ouders en een leuke broer. In overleg met mijn manager vroeg ik haar toestemming contact op te nemen met haar ouders. Puck vond dit goed. Ze begreep dat ik het deed om haar te helpen. Haar ouders en ik spraken elkaar in een Amsterdams koffiehuis. Het werd een open gesprek. Ze herkenden zich in het beeld dat ik schetste van hun dochter. Ze zagen dat mijn bemoeienis met Puck structuur gaf en ze waren dankbaar dat er iemand op school zijn nek uitstak voor hun dochter. We spraken af contact te houden.
Naar Puck bleven we altijd open: “Goh, ik bel wel even met je ouders”. Nooit afwijzend of veroordelend, altijd vanuit de intentie haar te helpen om uit die put te komen. Het was niet alleen zoete koek, hoor. Ik gaf Puck ook geregeld op haar flikker: “Doe je opdracht gewoon en zeik niet.” Ze was minder vaak down. Ze stabiliseerde enigszins en maakte de opleiding af. Dat was een enorme overwinning!
De rest van mijn mentorschap werkte ik met meer professionele afstand, een term die ik voor het eerst hoorde tijdens de opleiding die ik volgde om mijn lesbevoegdheid te verkrijgen. In mijn hoofd en vanuit mijn omgeving hoorde ik regelmatig: het moet geen Puckje worden.
Toch bleef het knagen. Op school vond ik het vaktechnische gedeelte minder interessant worden. Vooral het contact met studenten en de oorzaken van bepaald gedrag boeiden me. Afgelopen zomer heb ik de knoop doorgehakt. Ik wil de jeugdzorg in om verschil te maken in iemands leven. Ik geef nu minder les op school, volg de deeltijdopleiding HBO Social Work en werk twee dagen per week als begeleider bij een kinderbehandelcentrum. Ik wil jeugdzorg en onderwijs dichter bij elkaar brengen.
Door Puck heb ik geleerd dat je met persoonlijke en oprechte aandacht het verschil kan maken in iemands leven. Professioneel gezien heb ik Puck destijds te dichtbij laten komen. Onze relatie is inmiddels vriendschappelijk. We zijn tien jaar verder. Het gaat goed met haar. Ze is assistent bedrijfsleider, woont samen en reist met haar vriend de wereld over. Laatst appte ze me: “Je hebt me altijd met zoveel liefde behandeld. Ik heb zo enorm veel aan je gehad. Ik denk dat ik het belangrijker vind dat ik jou heb leren kennen dan alle schoollessen die ik heb gehad.” Als we samen wat eten vraagt ze geregeld: “En, heb je nog een Puckje in de klas?” Dat zal niet meer gebeuren, maar de lessen die ik heb geleerd, neem ik altijd mee.”